Latest Posts

Fading Gender 2.0

Oh hai! Lang geleden! Als je dit bericht leest is de kans groot dat je je ooit hebt geabonneerd om mijn transitie te volgen. Ik heb deze plek door de jaren heen gebruikt om te schrijven over wat ik allemaal doormaakte. Deels om anderen een beetje op de hoogte te houden, deels om een inkijkje te geven in mijn transitie, maar vooral om mijn eigen gedachten te kunnen ordenen. Denken doe ik namelijk het best als ik schrijf.

Het medische deel van mijn transitie heb ik inmiddels wel achter de rug, het sociale deel ook wel. Daarover heb ik simpelweg niet zoveel meer te vertellen. Maar ik begon het schrijven steeds meer te missen. Daarom heb ik besloten mijn blog weer nieuw leven in te blazen. Om een plek te hebben om mijn woordenbrei te bewaren en wellicht zo af en toe er nog iemand mee te kunnen amuseren of wat nuttige info te kunnen delen.

Het soort berichten dat ik hier wil schrijven zal een andere stijl gaan hebben dan in ye olde transitie times. Ik heb al een lijstje met ideeën en opzetjes paraat. Verwacht hier dingen over actualiteit rondom queer onderwerpen (ik blijf een activist), informatieve dingen, of brain farts over pop-cultuur en andere dingen waar ik graag over denk, filosofeer en schrijf. Andere mensen beginnen een podcast of gaan video-essays publiceren op YouTube. Ik houd het lekker bij geschreven woord.

Dus als je hier ooit hebt geabonneerd voor mijn transitie en je hebt geen zin in random ramblings: meldt je dan gerust af. Blijf je (voorlopig) nog wel? Leuk! Omdat ik zo enorm professioneel ben ga ik de vernieuwingen gewoon on the fly en live doen. Dus een obligatoir under consttruction plaatje is op zijn plek, brings back memories van de goede oude Geocities tijd. (Ja, ik ben zó oud. Nee, ik zal je de geanimeerde cursors besparen.)

Under Construction

Sport, taboe en feeling sexy

In dit artikel schrijf ik over seks en seksualiteit, en ook sport en gewicht komen aan bod. als je daar niet comfortabel mee bent om over te lezen, sla je het wellicht beter over.

Afgelopen half jaar heb ik thuisgewerkt. Van 4 dagen per week op kantoor, met fietsen naar het station, lopen naar de bus, lunchwandelingetjes met collega’s. Van de ene op de andere dag liep ik enkel van mijn bed naar de keuken naar mijn bureau, en in appartementje zo klein als het mijne krijg je daar niet veel beweging van. Ook buiten werkdagen bewoog ik weinig. Want alle gebruikelijke activiteiten: naar musea, naar de hobbyclub, naar vrienden, vielen allemaal weg.

Mijn conditie ging hard achteruit, daar werd ik iedere week meer bewust van als ik de boodschappentassen 3 verdiepingen omhoog moest dragen. Ik begon ook steeds minder van mijn kleding te passen. Nou had ik al jaren geen batterijen meer in mijn weegschaal zitten, dus echt oog op mijn gewicht heb ik niet gehad. Tot ik een paar maanden terug bij de dokter op een weegschaal moest staan en toch wel even op de feiten werd gedrukt. Maar het was vooral mijn conditie die me dwars zat: keertje naar een winkel aan de andere kant van het dorp fietsen en het zweet stond me op mijn rug, en niet omdat ik nou zo enorm hard doortrapte.

Daar ben ik iets aan gaan doen en dat heeft inmiddels bijwerkingen opgeleverd die ik niet aan zag komen. Maar waar ik wel heel erg blij mee ben.

Gaan sporten

In het najaar heb ik mijn oud hardloopschoenen weer vanonderuit het schoenenrek getrokken, op een oude harde schijf Evy’s Start To Run gevonden en weer gaan hardlopen. Langzaam ging dat. En met de nodige blessures: schenen, knieën, dijbenen, heupen. In de afgelopen 10 maanden hebben ze allemaal wel pijn gedaan en ervoor gezorgd dat ik het een paar weken rustig aan moest doen. Maar ik zette door en er kwam verbetering in. Ik kon de lessen makkelijker volhouden, ook al gingen ze steeds op herhaling. Ik heb afgelopen week pas voor het eerst een les uit de zesde week gelopen: dat is 5, 7, 7 en 5 minuten hardlopen met steeds 2 wandelminuten ertussen.

Het hardlopen alleen was aardig, maar ik miste nog steeds iets voor mijn bovenlichaam. Een muurtje in de keuken witten leverde stevige spierpijn op (we hebben het over nog geen 3 vierkante meter). Boodschappentassen waren nog steeds zwaar en vooral een krat Club Mate gaf de doorslag dat ik meer wilde gaan doen om ook wat spierkracht te kweken. Met de opening van de sportscholen in aantocht ben ik wat rond gaan kijken wat er hier in de buurt aan aanbod was en heb ik mij uiteindelijk aangemeld bij een Crossfit gym voor een proefles.

Dat Crossfit doe ik nu een maand, op het moment nog een keer per week. Het bevalt me wel, sterker nog ik blijk sporten zelfs leuk te vinden. Ondanks dat ik zondagochtend om half acht de deur uit ga om afgebeuld te worden. Echt de gym binnenlopen terwijl Master of Puppets keihard uit de boxen schalt belooft wat. Eén van de dingen waar ik bang voor was waren de afkeurende blikken van anderen. Dat was namelijk mijn ervaring toen ik in een ver en grijs verleden een paar keer bij een budget sportschool ben geweest. Zo eentje vergeven van die binkies die vooral bezig zijn met zitten voor de spiegel terwijl ze een halter vasthouden, of die vooral kijken naar welk gewicht jij nou oppakt of hebt ingesteld. Je kan je vast voorstellen dat ik me in die sportschool nooit op mijn gemak heb gevoeld.

Nu is dat anders: ook al kan ik totaal niet meekomen met de rest van de groep qua niveau. Ik kan niet eens een normale push-up, laat staan zo’n handstand push-up wat toch wel een signature move is. Maar dat maakt niet uit, de andere sporters en de trainer zijn supportive: every effort is good effort. Het gaat er niet om hoeveel je doet, het gaat erom dat je iets doet en probeert beter te worden. Dat zal vast ook verschillen per groep die je treft, maar ik ervaar geen oordeel over mijn niveau. Scheelt enorm in de motivatie om te gaan sporten: ik ervaar niet meer de middelbare school gymlestrauma’s. Ik kijk op zaterdagavond uit naar de volgende dag vroeg opstaan. Ook al leef ik nu al een maand in permanente staat van spierpijn. Vooral de eerste week kon ik niet fatsoenlijk van de trap lopen door de spierpijn die alle squats hadden opgeleverd.

Wat ik niet had verwacht is dat sporten al zo snel resultaat opleverde. Door het hardlopen ging mijn conditie al wel merkbaar vooruit. Ik was nog steeds een slapjanus. Maar na een maandje crossfit en bijna dagelijks een paar minuten tijd nemen voor een paar eenvoudige strechtoefeningen merk ik al wat verschil in spierkracht. Like, ik deed pas een set squats terwijl ik een volle wasmand met natte handdoeken vast had, gewoon om te zien of ik het kon. (Ja!) Nog onverwachter was dat ik ook meer lenigheid in mijn lijf kreeg. Ik kan inmiddels mijn tenen weer aanraken als ik sta. Mijn schouders zitten minder vast. Ik kan wiegen met mijn heupen. But the best is yet to come.

Trans genoeg of Autogynefiel?

Je hebt wellicht wat meegekregen van een groepje trans activisten die op Instagram ervaringen verzamelen en delen van transpersonen in de gezondheidszorg, met het grootste instituut (VUmc) in het middelpunt. Veel van die verhalen herken ik vanuit de tijd dat ik daar door wat heet de ‘diagnostische fase’ en aansluitend ook de hele medische fase heen heb ervaren. De kern is het niet vertrouwen, het moeten bewijzen trans genoeg te zijn in de ogen van een medische sector die er al decennia een sterk gekleurd conservatief heteronormatief en binair denken op na houdt. Dat is niet alleen de schuld van het VUmc, de oorzaak daarvan ligt dieper. Want de hele psychologische wereld is vergeven van cis-wetenchappers, die wel even zullen bepalen wat het is om genderdysforie te ervaren en hun eisen hebben opgetekend in de DSM-IV en DSM-5.

Het resultaat van dat alles is een systeem gebaseerd op wantrouwen. Ze geloven niet dat je trans bent tot je ze het in hun ogen echt hebt bewezen. Naar hun maatstaven uiteraard. Ze stellen eisen over coming outs, hoe je je kleed, de dingen die je doet. Met als leverage het achterhouden van medische behandelingen. Een belangrijk ding dat ik als transvrouw moest bewijzen was dat ik niet autogynefiel ben. –Auto= Zelf, Gyne= Vrouw, Fiel= houden van.- Ofwel dat ik daar niet zat omdat ik zo nodig wilde masturberen terwijl ik vrouwenkleding aan had. En dat gaat diep: buiten dat je ieder onderdeel van je lijf afzonderlijk een cijfer moet geven, van je handen en voeten tot aan je neus en je oren. Vroegen ze mij ook zeer indringend naar mijn masturbatiegedrag, seksleven, seksuele fantasieën en dromen. Dat ging diep: wat voor lichaamsdelen heb je, wie penetreert wie (want uiteraard zijn die vragen heteronormatief), hoe masturbeer je, hoe vaak, gebruik je attributen… En ga zo nog maar even door. Het zijn vragen waarvan we hier op Fetlife nog vinden dat ze ongepast zijn. Maar ik moest ze beantwoorden, de antwoorden zijn opgetekend in mijn medisch dossier om de medische behandeling te krijgen die ik nodig had.

Ik kampte al met dysforie over mijn eigen lichaam en ik identificeer mezelf als aseksueel. Maar als er zo hard wordt ingewreven dat je je eigen lichaam niet sexy mág vinden, dan gaan er dingen stuk. Die diagnose is inmiddels 10 jaar geleden, nog altijd heb ik last van de geïnternaliseerde transfobie dat ik mezelf niet sexy mag vinden. Dat masturbatie niet ok is, want dan ben ik blijkbaar toch niet trans genoeg en gewoon een vieze fetisjist die alleen maar uit is op eigen gerief. Ik durf best te stellen dat het beetje seksualiteit dat ik bezit grondig kapot is gemaakt door psychologen in het kader van transgenderzorg.

Connectie

Ik merkte het toen ik onbewust wat danste op de muziek die op het staan tijdens het huishouden. Dit zag ik niet aankomen toen ik goede maand geleden naar sportscholen googelde. Het sporten maakt me meer bewust van mijn lichaam. Het geeft me meer gevoel van controle en vooral meer connectie. Vooral de extra lenigheid, en zoveel is dat nog niet eens, heeft invloed op mijn zelfbeeld. Nou dans ik wel vaker een beetje als ik mezelf onbespied voel, valt wel mee weinig bijzonders. Maar vanuit het niets kwamen er wat moves naar boven die ik sensueel zou kunnen noemen. Dat was nieuw voor me. Het voelde goed, empowering, fijn. Voor het eerst in heel erg lang voelde ik een stukje connectie met iets wat echt heel erg lang een taboe is geweest. Waarvan eigenlijk niet eens wist dat ik het had.

Het was een openbaring, waarvan ik hoop dat het een eerste stap is naar een beter zelfbeeld en meer connectie met mijn lichaam. Iets om verder te gaan verkennen, om in te groeien en over mezelf te leren. En vooral om te kunnen helen wat er 10 jaar geleden kapot is gemaakt. Het is in elk geval extra motivatie om me in het zweet te werken in de sportschool, want het voelt goed.

Conversietherapie

Het is helaas nog steeds actueel: conversietherapie, ofwel: homogenezing. Iets dat het inmiddels demissionaire kabinet nog steeds niet wenst te verbieden. Ondanks een motie die door een meerderheid van de Tweede Kamer is gesteund. Het heeft even geduurd, maar ik heb de moed bijeen geschraapt om de twee Sawbones Podcast afleveringen over conversietherapie te luisteren. De links vindt je onderaan deze post, eerst wat context.

Sawbones is een van mijn favoriete (Engelstalige) podcasts over misguided medical history. Meestal over rare medische gebruiken en behandelingen waarvan we collectief vinden dat ze al lang achterhaald zijn. Meestal luchtig, soms grappig, veel opium, alcohol en cocaïne, en af toe serieuzer van aard. Zo ook het tweeluik dat de McElroys maakten over conversietherapie.

Het eerste deel gaat over de ontwikkeling van inzichten van de medische en psychologische wetenschap omtrent anti-gay conversietherapie. De tweede aflevering gaat over hoe de religieuze wereld het stokje van de medische overnam toen die laatste tot rationele inzichten kwam. De religieuzen gaan nog een paar stappen verder ging in hun praktijken. Vooral door zich te richten op kinderen, soms al vanaf 3(!) jaar oud.

Dit is Amerikaans perspectief, wij Nederlanders zijn moderner.

Nee. De Nederlandse regering weigert een verbod op conversietherapie in te stellen, ondanks dat er een jaar geleden al een Tweede Kamer motie is aangenomen om dit te doen. De conservatieve partijen zijn zelfs uitgesproken tegenstander van dit verbod. Omdat het kabinet niet in beweging komt hebben Kamerleden van een viertal partijen voorgenomen om nog dit jaar dan zelf maar een wetsvoorstel in te dienen.

Mishandeling is toch al verboden?

Conversietherapie wordt niet gezien als strafbaar onder de mishandelingswetten. Het is immers slechts ‘psychosociale hulp’ en slachtoffers durven vaak geen aangifte te doen omdat ze dan zullen worden verstoten uit hun familie en gemeenschap. Zeker niet omdat veel slachtoffers kinderen en tieners zijn die worden gedwongen door hun ouders en omgeving.

Om een idee te geven wat conversietherapie inhoudt nodig ik je uit deze twee podcasts te luisteren. Als je het aan kan. Content warnings zijn hier op zijn plaats: fysieke en mentale mishandeling, kindermishandling gelegitmeerd door religie, suïcide, stimuleren van pesten op scholen, en gatorade zijn onderwerpen die aan bod komen.

Hieronder de links naar de website van de McElroys zelf, waar er ook transcripties beschikbaar zijn je kan de Sawbones podcast ook vinden op de je favoriete podcast app als Spotify of Apple Podcasts.

Deel 1: de medische en psychologische historie
https://www.themcelroy.family/2017/6/9/20938777/sawbones-conversion-therapy-part-1

Deel 2: de huidige religieuze praktijk.
https://www.themcelroy.family/2017/6/17/20938772/sawbones-conversion-therapy-part-2

DDaantje of dAAAntje?

Met een flinke vertraging is de subsidieregeling voor een borstvergroting bij transvrouwen nu eindelijk rond, nadat deze behandeling een aantal keer terug is geschrapt uit de basisverzekering. Ik heb de voorwaarden gelezen en kom ervoor in aanmerking. Lastig.

Ergens vond ik het uitblijven van die regeling wel fijn, het gaf me een goed excuus om er niet te veel over te hoeven nadenken. En vooral om geen keuze toe hoeven maken, ik had er gewoon het geld niet voor dus klaar. Nu die financieële drempel weg is moet ik wel zélf die keuze maken. De twijfels die ik al jaren heb over dit onderwerp zijn nog altijd aanwezig.

Onder invloed van de hormonen heb ik onmiskenbaar borstvorming. Ik zou nog kunnen proberen of ik topless op Tumblr mag met hun verbod op ‘female presenting nipples’. Het zal erom spannen, afhankelijk van lichtval en of ik vanuit de juiste hoek poseer. Maar ik heb ook weer niet zoveel volume dat het iets betekent in maten. Ik heb een maat die volgens de meeste merken/winkels niet eens bestaat, laatste keer dat ik mezelf heb gemeten

kwam ik op een 90 AAA. Dat is waarschijnlijk iets meer geworden sinds ik een paar kilo ben aangekomen van een zittend beroep hebben, veel zal het niet schelen.

Eerder deze week tweette ik toevallig al over de noodzaak van ik nieuwe bh’s kopen (ik heb er nog precies 1 in draagbare conditie) en dat ik best wel opzie in shoppen. Bij de reguliere ketens probeer ik het niet eens, ik zal mijn heil moeten zoeken in wat online specialisten.

Waarom zou ik grotere borsten willen? Voor mijn zelfbeeld. Voor als ik naakt voor een spiegel sta. Voor een mooier silhouet onder kleding. Ik draag graat vintage-y jurken en doe dat de laatste tijd ook steeds meer naar werk. Daar vind ik een grotere boezem wel mooier in. Ik vind een grotere boezem ook veel beter passen bij mijn heupen, die heb ik inmiddels ook wel gekweekt.

Waarom zou ik het niet willen? Voor mijn zelfbeeld. Ik ben bang dat door implantaten mijn borsten niet meer ‘van mij’ voelen, maar nep. Het is een operatie met alle nadelen van dien. Het risico op latere complicaties bestaat ook nog altijd. Al gaat het niet meer op dat implantaten na zo’n 10 jaar moeten worden verwijderd of gewisseld.

Ik vind het lastig. Word ik alsnog DDaantje of blijf ik gewoon dAAAntje? Ik heb vijf jaar om te beslissen.

Dit artikel is onderdeel van een reeks blogs over mijn persoonlijke issues met mijn cupmaat en de verzekeringstechnische aspecten van borstvergrotingen. Lees hier de rest van de artikelen. 

Get the L out

Toen ik de berichten over het verloop van de Londonse Pride mars, die afgelopen zaterdag plaatsvond, las vond ik het tijd voor een lesje geschiedenis van de Pride en Gay Rights beweging.

Wat is er in Londen dan gebeurd? Een groepering die zich verzameld onder de noemer Get the L Out (Trigger Warning: haat en transfobie), heeft afgelopen zaterdag de Pride mars in Londen gekaapt. In plaats van Londonse Burgermeester Sadiq Kahn en een delegatie van de NHS, liep er een groep TERFs (Trans Exclusionary Radical Feminists) voorop. De politie en de organisatie van London Pride hebben niet op getreden, naar verluid omdat het warm weer was(?). Zo werd de Londonse Pride een mars van haat die alle connectie met de oorsprong van Pride kwijt is geraakt.

The first Pride was a riot
Even een geschiedenislesje: De Gay Pride is ontstaan uit de Stonewall rellen, die in 1969 plaatsvonden in New York. De Stonewall Inn was destijds een homokroeg waar een diverse queer gemeenschap zich verzamelde. Na herhaaldelijke invallen door de politie, gepaard met geweld en treiterijen was Marsha P. Johnson het zat. Zij was de eerste die een steen richting een agent gooide waarmee de Stonewall Riots begonnen. Die rellen tegen de politie en gezag zijn langzaam uitgegroeid tot de wereldwijde Pride evenementen en Gay Rights beweging die we nu kennen.

Wat een niet onbelangrijk detail hier is: Marsha P. Johnson was een transvrouw, van kleur én sekswerker. Vergeet de film Stonewall van Ronald Emmerich. Omdat de ware identiteit van Marsha P. Johnson de maatschappij te veel zou shockeren is haar personage gewhitewashed tot een witte gay man.

Als je nu hoort zeggen “The first Pride was a riot!” Dan weet je nu waar het vandaan komt. Er is in de queer gemeenschap nog steeds een stroming die een anti-politie instelling hebben. (Al vraag ik me af in hoeverre dat niet de reguliere antifa is.) Dat vind ik niet meer van deze tijd, althans niet in Nederland. Ja, er is bij de politie nog een hoop te verbeteren als het om LGBT+ en sekswerk gaat. Dat roze-in-blauw is een leuk initiatief, maar nog veel te klein om echt zoden aan de dijk te zetten. Maar we maken toch echt zichtbare voortgang.

Tekst gaat verder onder de afbeelding.

London

De opening van London Pride

Terug naar London 2018: de Pridemars werd dus geopend door een groep haatzaaiende ‘feministen’. De Terfs zijn een kleine maar invloedrijke groepering. Ze worden geleid door types als Germaine Greer (hoogleraar) en Julie Bindel (columnist en opiniemaker) die helaas nog veel invloed hebben in de maatschappij. Ze trekken ook maar wat graag op met conservatief christelijke en extreem rechtse partijen. Vooral als het gaat om sekswerk en transgender gerelateerde onderwerpen.

Wat vinden die Terfs dan? Dat mannen mannen zijn en dat transvrouwen mannen zijn die maar op één ding uit zijn: zoveel mogelijk vrouwen verkrachten. Als het gaat om sekswerk – er is een zeer grote overlap met de sex work exclusionairy radical feminist, ofwel swerf, stroming – per definitie verkrachting is. Eigenlijk grijpen ze hard terug naar het feminisme van de jaren ’70. Ze vinden ook dat de lesbische gemeenschap zich los moet maken van de bredere LGBT+ beweging. Vandaar de ‘Get the L out’ als slogan.

Van mij mag dit clubje L’en vertrekken uit de LGBT: liever gisteren dan vandaag. Of eigenlijk: ze hebben er nooit deel van uitgemaakt. De Pride beweging is namelijk per definitie Trans-Inclusive. Helaas is deze stroming ‘feministen’ nogal invloedrijk, juist omdat ze optrekken met conservatieve groeperingen. Dat geeft ze veel tractie en een groot bereik in de maatschappij.

Tenslotte nog een voorbeeld van de de pamfletten die ze op de London Pride uitdeelden (tweet van een symapthisant):

 

Twee blokkades

Sinds mijn transitie ervaar ik in mijn leven nog twee blokkades die door diezelfde transitie worden veroorzaakt: Daten en naar het strand/zwembad gaan. Allebei heeft het te maken met een gebrek aan zelfvertrouwen en  een slecht zelfbeeld.

Over naar het zwembad of strand gaan heb al vaker geschreven. Het idee daar in een badpak of een bikini te verschijnen vergt gewoon meer zelfvertrouwen dan ik op kan brengen. Om die reden bezit ik ook al jaren geen kledingstuk meer dat gemaakt is om in te zwemmen, volgens mij al sinds het begin van het mijn hele traject, zo’n 8 jaar geleden. Het suffe: de enige reden waarom ik niet zo vaak naar de sauna ga is omdat het zo duur is. Naakt rondlopen heb ik nooit een probleem gevonden, zowel voor, tijdens (yups, ik identificeerde als vrouw ondanks zichtbare penis), als na mijn transitie. Maar een badpak of bikini? Hell no! Dat duf ik echt niet, dat legt veel te veel nadruk op de dingen waar ik onzeker over ben.

Op zich is die mate van zelfbewustzijn niet zo heel vreemd. Ik zie het ook regelmatig bij andere vrouwen, die in dergelijke kleding hyper zelfbewust en onzeker zijn. Die blokkade op daten zit dieper.

Sinds ik weer een beetje ben ga nadenken om weer eens wat te gaan daten, toen ik mentaal weer wat stabieler was na de emotionele rollercoaster van hormonen en operaties, voel ik een weerstand die me tegenhoud. Ik heb nooit zo goed begrepen wat dat nou precies was, tot ik de afgelopen weken weer wat meer energie probeerde te stoppen in daten. Die weerstand is een stemmetje dat een van de meest fnuikende dingen zegt die mijn onzekerheden voort kan brengen, on par met spookje. Het is een sluimerend gefluister; “Wie wil er nou daten met een omgebouwde vent, niemand toch?”

Juist, het is geïnternaliseerde transfobie. Of dat nu voortkomt uit mijn eigen onzekerheid, of van de media en maatschappij die transpersonen nog altijd aanwijst als freaks of minderwaardige mensen. Dat laatste gebeurde enkele weken geleden nog in de Tweede Kamer. Je kan wel zeggen dat ik me niets aan moet trekken van iemand die verdwaald in de kinderkledingafdeling van de Hema. Dat probeer ik ook. Maar zo makkelijk is het niet als je een gekozen volksvertegenwoordiger hoort zeggen dat je geen rechtsbescherming verdiend en dat discriminatie tegen je gewoon legaal hoort te zijn.

Zulks wordt door mijn eigen onzekerheid alleen nog maar verzwaard. Ik vind mezelf slechts gedeeltelijk passabel. Moet ik dan daten met een biseksueel persoon, die blijkbaar mijn mannelijke en vrouwelijke aspecten zou kunnen waarderen? Het is zo’n bizarre gedachte die in me opkomt, want anders kan zo iemand zich nooit aangetrokken voelen tot mij.

En alle relaties draaien om seks toch? Dat is wat je ziet in de media: je hebt dates om seks te gaan hebben. Soms op de eerste date al, soms kom je iedere date een honk verder. Maar seks is het hoogste en ultieme doel: twee vreemden ontmoeten elkaar in een film: seks. Twee volstrekt tegenovergestelde karakters: seks. Het lelijke eendje transformeert in een zwaan: seks. De prinses wordt gered door een koene ridder: seks. Het dorpsmeisje wordt in het kasteel opgesloten door een monster: stockholmsyndroom en daarna seks (en heel veel boeken, can’t blame her).

Terwijl ik daar helemaal niet zo’n behoefte aan heb. Inmiddels heb ik me kunnen berusten in mijn aseksualiteit, of dat nou door medicatie in de hand wordt gewerkt of niet. Van een beetje knuffelen en handjes vasthouden wordt ik al snel blij. Eén voordeel: ik zit nooit verlegen om voorbehoedsmiddelen. Heel misschien als ik me comfortabel voel komt het ooit wellicht tot iets meer dan een kusje. Maar laat ik nou niet te hard van stapel lopen.

Zo’n wens tot géén seks moet ik wel overbrengen aan een potentiële date. Want als die uitgaat van een escalator naar seks zal dat een teleurstelling worden. Dat ik polyamoureus ben heeft op dat vlak de druk al weggenomen, ik voel het nog een klein beetje.

Kom ik weer terug op die geïnternaliseerde transfobie. Vrienden worden met een transpersoon hebben mensen anno 2018 geen moeite mee. Maar thuiskomen met een trans en die voorstellen als je date, is een brug te ver. Althans, zo werkt het in mijn hoofd. Ik moet me daar overheen zetten. Dat probeer ik al jaren en het is me nog alijd niet gelukt. Ondanks dat resultaten uit het verleden mijn negatieve gedachten al meermaals hun ongelijk hebben bewezen.

Ik probeer nu uit mijn comfortzone te stappen. Wil weer wat meer sociaal gaan doen, ik heb een account op Tinder-clone HER (al vind ik dat foto’s swipen erg oppervlakkig) en ga mijn OK- Cupid profiel na heeeeeel lange tijd weer eens bijwerken. Of ik deze blokkade kan beslechten vraag ik me af, mischien moet ik op dat stemmetje maar een van mijn favoriete uitspraken afschieten: “I reject your reality and subsitute my own.”

 

#MeToo

Op dit moment gaat er op Social Media de hashtag #MeToo rond. Het is een reactie op de grootschalige aanrandingen en verkrachtingspogingen van filmproducent Harvey Weinstein. Tot voor kort toe wist Weinstein door zijn invloedrijke positie in Hollywood zijn slachtoffers de mond te snoeren. Dat wast tot het moment dat The New York Times voor het eerst publiceerde over Weinsteins drie decennia lange carrière als aanrander. Na die publicatie werd een beerput opengetrokken door actrices die ook nare ervaringen met de filmproducent hadden.

Sinds afgelopen week staat het internet vol met #metoo waarin vrouwen de momenten delen dat ze zijn aangerand, seksueel geïntimideerd of verkracht. Vaak voorzien van een relaas over hoe ze niet serieus genomen werden en de standaard goedprater ‘boys will be boys’. De reacties die posters van een #metoo krijgen zijn bedroevend: ze zouden het wel hebben uitgelokt, ze waren op de verkeerde plek, hadden ze maar niet… Victim blaming heet dat, de schuld bij het slachtoffer leggen in plaats van bij de dader. De internationale #metoo is eigenlijk hetzelfde als de #zeghet die een paar maanden geleden op Nederlandse social media rondging, gestart door schrijver Anke Laterveer. Toen was het eigenlijk hetzelfde. Uitlokken, aanstellen en victim blaming.

In de jaren dat ik als vrouw door het leven ga, en die kan op één hand tellen, heb ik ook al te maken gehad met dit soort narigheid. Het bleef alle keren gelukkig bij wat naroepen van op afstand. Maar zelfs ik, iemand die nog vaak genoeg voor meneer wordt aangezien, is niet veilig voor seksuele intimidatie of geweld en ben inmiddels niet meer verschoond van een #zeghet of #metoo. Ook ik ben inmiddels een slachtoffer.

Het wordt tijd dat we stoppen met praten over slachtoffers en beginnen met praten over de daders. Altijd maar wordt de vrouw als slachtoffer aangewezen, krantenkoppen spreken over “Vrouw aangerand in discotheek.” Het is nooit “Man randt discotheekbezoekers aan.” De daders komen er makkelijk vanaf, want boys will be boys. Wat daar van komt? Dat bijna alle vrouwen ervaring hebben met seksueel geweld. Zet de dader maar in het midden van alle aandacht, vraag de dader waarom hij ’s avonds alleen over straat liep en vooral: stel de dader verantwoordelijk, niet het slachtoffer.

Het wordt tijd dat we onze zonen, vaders, broers, collega’s en clubgenoten opvoeden. Niet alleen wanneer je een vrouw bent, of een ‘vader van dochters’ bent. Seksueel geweld tegen vrouwen begint al met het normaliseren van seksistische grappen, dat verlaagt de drempel voor escalatie tot fysiek geweld en normaliseert aanrandingen. Net zoals geweld tegen LGTBT+’ers begint met het normaal vinden van homofobe grapjes.

Beste reiziger…

Uiteraard is mij een paar keer gevraagd wat ik van de genderneutrale omroepen van de NS vindt. Mijn eerste gedachte, en leedvermaak, waren alle gekrenkte dames en heren die online hun onvrede met deze ontwikkeling uitten.

Als ik de commentaren onder de nieuwsberichten en op social media zie valt het mij op dat vooral de groep die graag de woorden als SJW’s, linkschmensch, gutmensch, en policors bezigt ineens zoveel waarde hecht aan correcte aanspreekvormen. Men moet normaal doen en zich maar vooral niet beledigd voelen en gewoon gehoorzamen.

Als LGTQIA+ minderheid mag je precies zijn wie je bent in Nederland. Zolang je maar niet opvalt en je precies gedraagt zoals de cis-meerderheid dat het liefste ziet. Mannen die hand in hand lopen zijn aanstootgevend. Vrouwen die zoenen worden behandeld alsof ze een live pornovoorstelling geven. Verbaal en fysiek geweld moeten we als LGBT’er maar normaal vinden en ‘gewoon’ een dikke huid kweken of de gevolgen maar dragen.
Het was hetzelfde riedeltje als er eens gewezen wordt op privileges van de meerderheid. Door anderen dezelfde privileges te gunnen, of dat nu een huwelijk is, mogen dienen in het leger, een veilig toilet of inclusive taalgebruik voelen de geprivilegieerden zich te kort gedaan. Als je niet beter zou weten zou je nog denken dat de overheid een belasting op het niet uitmaken van een minderheid had geïntroduceerd.
Persoonlijk voel ik mij prima aangesproken als een een omroep begint met “Dames en Heren.” Ik identificeer als vrouw en voel mij daar comfortabel bij. Maar inmiddels heb ik ook genoeg mensen leren kennen die zich daar minder prettig bij voelen. Mensen die schuilgaan achter de Q en I van de LGTQIA+. Een grote groep is het niet, ik ken er verhoudingsgewijs gewoon veel. Desalniettemin is het een geval kleine moeite, groot gebaar. Nog belangrijker: het is een duidelijk standpunt in een tijd dat discriminatie van minderheden onder het mom van ‘vrijheid van meningsuiting’ steeds meer salonfähig wordt gemaakt.
In een week waarin de Amerikaanse president op eigen houtje beslist dat alle transgender militairen oneervol ontslag moeten krijgen. En dat onze eigen Stichting Ideële Reclame selectief terug naar de jaren ’50 wenst te gaan. -In de tijd van enkel mannelijke onderwijzers werd ‘jongensgedrag’ beloond met een paar fikse tikken met een liniaal. Buiten dat het de campagne ontbreekt aan iedere wetenschappelijke onderbouwing.- Is het voortschrijdend inzicht van de NS en de Gemeente Amsterdam erg welkom.
Ik kan me echt op geen enkele manier voorstellen hoe je als cispersoon benadeeld wordt als de omroep op het station begint met “Beste reiziger” in plaats van “Dames en heren”. Als het vervolg van die omroep is dat mijn trein 25 minuten vertraging heeft, voel ik me met beide aanspreekvormen evenveel benadeeld als aangesproken. Omdat ik voor anderen niet kan bepalen door welke woorden zij zich beledigd of buitengesloten voelen nodig ik je uit om me dat uit te leggen. Je kan hieronder, als je wilt zelfs anoniem, uitleggen waarom jij zoveel moeite hebt met: “Beste reiziger.”

Donkere wolken in het politieke landschap

Veel LGBT+ gerelateerd nieuws afgelopen week: Duitsland stelt het huwelijk open voor mensen van hetzelfde geslacht, het Amerikaanse leger stelt de acceptatie van trans personeel minstens een jaar uit en hier in Nederland onderhandeld de informateur met de ChristenUnie. Donkere wolken pakken zich samen aan de horizon. Je mag me een zwartkijker noemen, maar ik zie het voor de komende jaren somber in.

Laten we beginnen bij de openstelling van het huwelijk in Duitsland, dat was namelijk een plotselinge ommekeer. Bondskanselier en partijleider Angela Merkel heeft voor de stemming daarover in het parlement de partijdiscipline van haar partij (CDU) opgeheven. Parlementsleden mochten nu naar eigen geweten stemmen over het voorstel en hoefden daarbij niet de standpunten van de partij te volgen. Het CDU is de Duitse tegenhanger van ons CDA: gematigd christelijk conservatief en daarmee tegenstander van het homohuwelijk. Blijkbaar leefde het onderwerp zo onder de CDU-parlementsleden dat er voldoende verdeeldheid binnen de partij is ontstaan en dat ze tégen het partijstundpunt stemden en vóór de openstelling van het huwelijk.

De nieuwsberichten waren vooral lovend en positief. Al plaatste zelfs de NOS de nodige kanttekeningen: Merkel stemde zelf tégen het wetsvoorstel. Waar ze als een van de meest invloedrijke politici van Europa een standpunt had kunnen maken in de vooruitgagn en het verbeteren van LGBT+ rechten over de hele wereld, deed ze dat niet. Ze gaf conservatieven een houvast om LGBT+ rechten af te houden of zelfs af te breken. Het lichten van de partijdiscipline was niet meer dan een truc: met de aankomende parlementsverkiezingen weet ze zo de zwevende liberale kiezer aan zich te binden zonder de conservatieve achterban teveel voor het hoofd te stoten. Politiek spel in optima forma, Frank Underwood zou trots zijn.

Ondertussen heeft de Amerikaanse minister van Defensie James Mattis het toelaten van transgender militairen in het leger met minstens 6 maanden uitgesteld. De regels die onder President Obama vorig jaar werden aangepast en deze zomer van kracht zouden worden blijven in de kast liggen. Duidelijke argumentatie over het waarom van dit uitstel ben ik nog niet tegen gekomen. Alles wijst erop dat het een staaltje Trumpiaans conservatisme is.

In de voortslepende coalitieonderhandelingen probeert oud-minister zalm een coalitie te smeden tussen de VVD, D66, CDA en de Christen Unie. Om die reden waren CU onderhandelaars Segers en Schouten op bezoek bij het COC. De LGBT+ belangenorganisatie maakt zich zorgen, ik ook. De CU is altijd fel gekant geweest tegen gelijke rechten voor de LGBT+ doelgroep. Ze zijn tégen openstelling van het huwelijk, tégen verplichte LGBT+ voorlichting op scholen en tégen de wet voor lesbisch ouderschap. Het rechts-christelijk-conservatief kabinet dat er nu lijkt te gaan komen zal de positie van LGBT+’s niet verbeteren, waar mogelijk zullen verworvenheden zelfs afgebroken worden.

We hebben het over de partijen waarvan de achterban ‘verdrietig is’ om het levensgeluk van anderen. In een redactioneel van de hoofdredactie pleit het Reformatorisch Dagblad zelfs voor een grondwetswijziging om discriminatie op christelijke grondslag wettelijk toe te staan. (Artikel is niet te lezen op zondag, op zondag preekt men onverdraagzaamheid alleen vanaf de kansel.)

In de komende kabinetsperiode staan er de nodige aangelegenheden rondom het familierecht op de agenda. Zaken als ouderschap door meer dan 2 ouders, verbeteringen van adoptiewetgevingen en de wetgeving rondom draagmoerderschap. Zaken die nu op zijn minst flinke vertragingen zullen oplopen. Net zoals het afschaffen van overbodige geslachtsregistraties, het vrijwillig levenseinde en de nieuwe, prostitutiewetgeving (die laatste is al enorm vertraagd). De trend in politiek, zowel internationaal als hier in Nederland is niet alleen een de ruk naar rechts, maar ook een ruk terug in de tijd en een ruk naar religieuze bemoeienis.

Dan kunnen de VVD en D66 nog zo leuk een bootje laten meevaren tijdens de Utrechtse Canalpride. Vooralsnog moet ik maar zien of ze hun ‘Vrije’ en ‘Democratische’ standpunten niet verkwanselen aan de mores van het christelijk conservatisme. Ik zie de toekomst voor ons LGBT+ somber in, heel erg somber. De na regen beloofde zonneschijn kan nog wel een paar jaar op zich laten wachten.

Utrecht Canalpride

Uit onvrede met de vercommercialisering van de Amsterdamse Canalpride waardoor het voor kleine organisaties niet meer te doen is om daar mee te varen is er in Utrecht een nieuwe Canalpride ontstaan. Gisteren was de eerste, en ik was erbij. Op een boot.

Boot nummer 7 van de Meerminners was een bescheiden bootje, met een iets te bescheiden muziekinstallatie. Met 28 man (m/v/anders) vertegenwoordigden we de niet-monogame kant van seksuele diversiteit. Daarover is nog vooral veel onwetendheid, ik merk dat iedere keer weer als ik het over mijn verschillende love interests heb. “Weten ze de dan van elkaar?” is dan altijd de meest gestelde vraag. Meestal gevolgd door een: “Maar wil je dan niet trouwen?” Over die relationship escalator en hoe ik daarin sta lees je binnenkort meer.

Het was best spannend. De Amsterdamse Gaypride is een groots en bekend evenement. Deze Utrechtse editie was niet alleen kleinschalig opgezet, maar vooral minder bekend. Zou er wel publiek op af komen, of moesten we het doen met het winkelend publiek in langs de Oude gracht. Bij het vertekpunt aan het Sterrenburg heerste al een gezellige drukte. Grote en kleine boten, muziek, ballonnen en alles dat bij een Canalpride hoort. Langs de kant en op de bruggen over de Singel stond al veel publiek.

DSC_0053

Martinusbrug over de Catharijnesinge

Ook langs de Oude Gracht waren de werven, bruggen en de kades volgepakt met publiek. Het was een succes!

DSC_0057

Langs de Oude Gracht

Volgend jaar wil ik zeker weer mee doen. 16 juni 2018, de datum voor de volgende Utrechtse Canalpride, staat al in mijn agenda. Op welke boot ik dan sta? Geen idee, genoeg lettertjes van de LGBTQIA+ waar ik bij hoor.