Twee doosjes met kleine witte tabletjes. Ze zien er zo onbenullig uit. Dat tweemaal daags zo’n klein pilletje zoveel verschil kan maken. Met het slikken ervan moet ik nog even wachten. Ik heb nog een fijn dilemma om komend weekend over na te denken: Wil ik ooit nog kinderen?
Het bezoek aan de endocrinoloog van vandaag stelde weinig voor. Korte anamnese: “Rook je? Ben je ergens allergisch voor? Heb je ergens last van? Gebruik je nog andere medicijnen? Zijn er tromboseklachten in de famillie?” Even op de weegschaal, bloedruk meten, naar mijn hart en ademhaling luisteren. Vervolgens nog even de bloedwaarden doorgenomen van het bloed dat ik een paar weken terug heb achtergelaten. Hormoon- en stollingswaarden zijn normaal en mijn lever en nieren werken uitstekend. Fysiek stelde het dus allemaal weinig voor. Daarna nog wat uitleg gehad over de medicatie. Wat de gevolgen en bijwerkingen van zijn.
Het gesprek werd vervolgd met een verklaring. Een soort contract dat ik heb moeten ondertekenen waarin te kennen geef wat voor gevolgen de medicatie zullen gaan hebben. Dat ik goed heb nagedacht over deze stap en dat ik besef dat ik voor verdere behandeling aan eisen van het VUmc genderteam moet voldoen. Netjes in drievoud ondertekent en voila: een recept, te verzliveren bij de ziekenhuisapotheek naast de ingang. Daar kreeg ik de twee doosjes met pillen.
Als ik de vraag of ik ooit nog kinderen wil met “Nee” beantwoord kan ik vanavond na de maaltijd mijn eerste tabletje slikken. Maar is het antwoord “Ja” of “Misschien” dan moet ik wachten tot het nodige genetisch materiaal is veilig gesteld. Als ik die medicatie eenmaal gebruik dan zal de kwaliteit en productie ervan in een zeer rap tempo achteruit gaan. Ik ben behoorlijk overtuigd dat ik géén kinderen wil. Tijdens mijn vorige relatie overwoog ik al sterilisatie omdat dat het meest betrouwbare voorbehoedsmiddel is. Maar contact met iemand die draagmoeder wil worden hebben me aan het denken gezet om een en ander eventueel te doneren. Volgens mijn eerste ingeving kon ik het beste het zekere voor het onzekere nemen. Maar dat is helaas niet kosteloos. Het invriezen van sperma valt niet onder de basisverzekering, de initiële kosten van zo’n € 400,- dienen uit eigen zak voldaan te worden. Plus de jaarlijkse bijdrage (ongeveer € 30,- om het vat met vloeibare stikstof te vullen). Als ik er gebruik van maak is dat natuurlijk een kleine prijs voor een boel geluk. Maar de ervaring bij het genderteam is dat uiteindelijk maar weinigen (als in één persoon in de afgelopen paar jaar) ook daadwerkelijk het materiaal weer opvragen voor gebruik.
Ergens in de loop van de week volgt er ook nog een stapel papierwerk. Een brief om naast mijn paspoort te houden en om bij instanties mijn situatie te kunnen uitleggen en wat informatie over doorverwijzing naar huidtherapeuten en logopedisten. Dan kan ik gaan beginnen met een volledige aanpak van mijn probleem.